Hoe je zichtbaar blijft terwijl je er even niet bent

Het begon op zaterdagmiddag. Op de piekenkermis op de Maliebaan. Ik stond mijn ogen uit mijn kop te janken.

En ik dacht : hier klopt iets niet.

Mijn kind voor het eerst in de draaimolen. Hij is nog iets te klein, maar met een beetje rekken raakte hij nét de oren van zijn paard. Goed vasthouden hoor, beet ik hem toe.

“Ja-haaa!” riep hij na de derde keer.

“Stond je nou te huilen net?” schreeuwde een vriendin me toe, boven de keiharde jaren 80-muziek uit. “Mwoah, viel wel mee”, gebaarde ik.

Een traan uit mijn ooghoek vegen doe ik wel vaker. Maar dit. Hardop huilen. Met geluid. Af en toe even lachen om te zorgen dat mensen niet gealarmeerd zouden raken. Ik werd er moe van. Trouwens. Ik wás al moe. De fietstocht naar de kermis had ik in de 1ste versnelling volbracht. Over de terugweg had ik me op de heenweg al zorgen gemaakt.

 “Je ziet een beetje pips!”

Weer die vriendin. Ze drukte me een biertje in de hand en wees me een stoel. Mijn kind was ondertussen aan het vissen. 9 eendjes vangen voor een brandweerwagen of een prinsessenset. Goeie deal. Ik ging zitten en dacht: volgens mij is het hier best leuk. Maar er zat een laag tussen mij en de rest de wereld.

Tien moeizame dagen later bleek uit bloedonderzoek dat ik een virusinfectie had.

“Neem jezelf maar een beetje in acht”, zei de dokter. Pah! dacht ik. En liep nog een paar dagen als een kip zonder kop met een camera rond. Ik vond het veel te leuk en te belangrijk om ziek te gaan zitten zijn.

Tot ik klaar was met filmen.

Toen gebeurde er iets moois: De huisarts belde nieuwe, nog slechtere bloeduitslagen door. En ik legde me erbij neer. Dan maar ziek! Vanaf dat moment begon ik ook meteen met beter worden. Zo werkt dat blijkbaar.

Maar bloggen? Ik kreeg geen leuke zin op papier. Mijn tweets waren narrige, zurige klagere zeurderijen. Ik was, off- en online, niet zo innemend als ik doorgaans hoop te zijn.

Dat baarde me zorgen. Want ja. Zouden ze me dan vergeten? Zou iemand überhaupt merken dat ik er even niet helemaal was?

Onnodige zorgen.

Ik kon nog mailen. Ik kon de telefoon opnemen als die ging. En die ging. Ik kon wat montages uitstellen. Ik kon wel even ziek zijn. Zonder dat het me in de afgrond deed belanden.

En belangrijker. Ik had een backup.

Een heel gezonde versie van mezelf. Voor iedereen te zien en te horen. Op mijn site. Ik wás dus helemaal niet weg. Wie wilde weten wie de Videovakvrouw is, kon er binnen 1 minuut achter komen. Terwijl ik zelf in de tuin zat met mijn moeder en een kopje thee. De video’s op mijn site deden gewoon hun werk. En dat blijven ze nog wel even doen.

sloffenroodblauw

Inmiddels voel ik me weer bijna prima. Een week in het altijd frisse Friesland deed wonderen. Rust, reinheid, regelmaat. Slaap.

Ik gun het iedereen.

En ik wens ook iedereen een leuke back-up van zichzelf toe. Zodat je af en toe even niets aan marketing hoeft te doen. Hoef je niet ziek te worden. Gewoon je werk doen kan ook. Of op vakantie gaan.